Hoog in de Himalaya
Door: Frank
05 Augustus 2011 | India, Leh
Dit is een reis van 9 weken voor Anita en mij, grotendeels in de Indiase Himalaya. We vlogen via Munchen, maar dat vliegveld was door overvloedige regenval gesloten waardoor we bijna de aansluiting naar Delhi en vervolgens Leh misten. In Munchen gaf Lufthansa ons het VIP-treatment, beneden aan de ladder stond een man met bordje Delhi en met zijn minibusje en een serie pasjes loodste hij ons en drie Indiase dames door de krochten van het vliegveld en kwamen we precies op tijd bij de gate, in true india style. Delhi was drukkend en klam, zelfs stilzittend droop ik van het zweet. Even een riksha ritje de hectische stad in om te zien hoe dat ook al weer was (vies, vol en fascinerend, maar te veel van alles) en na een korte nacht doorvliegen naar Leh. Prachtige vlucht over drie bergketens (Himalaya, Zanskar en Ladakh) met sneeuwtoppen en bergwoestijn. De eerste hap lucht in Leh voelde lekker droog en warm, geen centje pijn. Maar 50% van de invliegers schijnt last van hoogteziekte te krijgen, ook bij ons klopte dat, helaas was het Anita, ik had vrijwel geen centje pijn, alleen wat hoofdpijn en ’s nachts een leren lap in je mond ipv je tong, alsof je zwaar aan de alcohol bent geweest. De eerste dagen konden we niet veel, 10 min wandelen was de grens voor Anita en ’s nachts stil in bed liggen was topsport met bonkend hart en heftige ademhaling. Toen zij na een paar dagen alsnog geacclimatiseerd was had zij ondertussen zoveel spanning in haar nek opgebouwd dat deze helemaal vast zat en elke beweging pijnlijk maakte.. Een ladies only ayurvedische massagesalon bood uitkomst, na een week eindelijk klachtenvrij en loopklaar.
Toch was die week welbesteed. We zijn goed ingeburgerd in ons guesthouse in een dorpje 20 min buiten Leh. Een fascinerende microkosmos. Gerund door een hartelijke maar ook zeer zelfbewsute Ladakhi famiie en bezocht door een mengeling van westerse en indiase gasten. De meeste westerlingen komen voor treks in de bergen. De indiers komen volgens onze gastheer Tsering ‘to make noise in the guesthouse and to be driven around in Jeeps’. Uit welgestelde families, met goede banen en gewend aan bediendes om zich heen hebben deze Indiers net zo veel gemeen met ons als dat zij anders zijn. Als zij te veeleisend zijn weet de 22 jarige Djigmet hen goed op hun plaats te zetten, zoals de 8 jonge yuppen die net uit Bombay zijn ingevlogen en met enig disdain naar het ontbijt kijken en vragen wat is dit?, waarop Djigmet cheese omelet zegt en hen verbaasd aankijkt alsof het kleine kleuters zijn, onmiddelijk nemen ze gas terug. Onder de gasten ook een deense moeder en dochter die hier al 12 jaar komen, moeder is rector van een school en heeft hier als eenpersoons ontwikkelingsorganistie een school opgezet, soms logeren de aanstaande leraren bij haar in Denemarken en elk jaar is zij hier, boeiende mensen alom.
Vanuit mijn boedhistische belangstelling exploreer ik het Ladakhi Vipassana en het Japanse Nichiren centrum. De vipassana mensen zijn erg vriendelijk maar nogal uitleggerig, zij doen elke keer het hele meditatie ABC ook ter werving van hun residential programma dat wij misschien aan het einde van onze maand hier 3 dagen gaan doen. De japanse stupa staat op de heuvel achter ons guesthouse, als je die kunt beklimmen ben hje gewend aan de dunne lucht. De op het hartslag ritme geslagen gong trekt me naar binnen. Een oude monnik slaat met twee lange omzwachtelde stokken het trage en hypnotiserende ritme op een forse drum, de andere monnik chant met ijle stem de Nichiren mantra, samen klinken zij bijna bovenaards hier op deze hoge heuveltop, ik blijf tot de laatste paukenslag zitten. Sowieso is mijn geest na een paar dagen hier veel bezonkener dan thuis in het drukke stads en werkleven. Er moet natuurlijk weinig, en de leefstijl is extreem gezond. 's Avonds bij het eten en kletsen in het guesthouse aan de lage tafeltjes drink ik een paar glazen gekookt water en lig rond tienen in bed. Thuis zou dit saai (en kansloos) zijn, hier geeft elke bergdag mij voldoening.
Nu Anita pijnvrij is hebben we gisteren ter training een lange dagmars geamaakt naar ong 4200m, de groene vallei uit en de omringende bergwoestijn in. Het is hier net als in NL bij bos of duin, een paar km van de weg of parkeerplaats en je komt niemand meer tegen, hier alleen nog een paar herdersjongens met wat vee en een lange stok. We hebben de hele dag gelopen en geklommen in de verzengende hitte, nergens schaduw. Het totale tegendeel van thuis, daar een drassige delta vol water en groen, hier een kurkdroge woestijn van steen en berg met hier en daar een groene oase rondom een stroompje gletsjerwater. Alle kleurschakeringen in de rotsbergen en magnifieke telkens veranderende luchten erboven.
Gisteravond was bijzonder, het was de herdenking van de wolkbreuk van exact een jaar geleden waarbij in enkele minuten de normale jaarproductie regen viel en velen omkwamen. Het hele bergstadje was dicht, je kon alleen in je eigen guesthouse eten, dit puilde dan ook uit. Voorlopig hebben wij zelf nog geen regendruppel gezien.
We hebben inmiddels twee treks gepllnd. Straks vertrekken we naar Likir voor een vierdaagse tocht langs homestays, eem lichte trek waarbij we in dorpshuizen slapen en ons eigen pad vinden. Dan een paar dagen in Leh en daarna een grote trek naar Nubra vallei, een kleine 2 weken, met gids en paarden, de woeste wijde bergwereld in, de ruige variant van een all-inclusive, gisteravond met Tsering alle logistiek doorgesproken. Zin in! Tot later.
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley